Stromingen in de Verlichting
De
verlichting was een stroming die meende dat alles kon worden bepaald
door middel van het verstand. De twee belangrijkste stromingen van de
Verlichting waren het empirisme en het rationalisme.
Het empirisme
verteld ons dat kennis altijd moet berusten op dingen de wie kunnen
waarnemen, aldus op empirisch materiaal. Je maakt kennis door
waarnemingen en nieuwe ervaringen. Zonder empirische gegevens is er
geen kennis.
Wanneer je geboren wordt, heb je volgens het empirisme helemaal geen kennis. Door ervaringen op te doen, krijg je kennis.
Belangrijke empiristen zijn: Francis Bacon, John Locke, David Hume en George Berkeley.
Francis Bacon legde in een van zijn boeken uit dat ervaring en waarneming de enige bronnen zijn voor kennis.
Alhoewel John Locke later was geboren, wordt hij toch gezien als de grondlegger van het empirisme. John Locke verteld in zijn boek ‘Essay concern human understanding’ van 1690, dat alles wat zintuiglijk te ervaren is, waar is. Hij zegt dat we moeten afzien van het bovennatuurlijke, dingen zoals God.
Wanneer je geboren wordt, heb je volgens het empirisme helemaal geen kennis. Door ervaringen op te doen, krijg je kennis.
Belangrijke empiristen zijn: Francis Bacon, John Locke, David Hume en George Berkeley.
Francis Bacon legde in een van zijn boeken uit dat ervaring en waarneming de enige bronnen zijn voor kennis.
Alhoewel John Locke later was geboren, wordt hij toch gezien als de grondlegger van het empirisme. John Locke verteld in zijn boek ‘Essay concern human understanding’ van 1690, dat alles wat zintuiglijk te ervaren is, waar is. Hij zegt dat we moeten afzien van het bovennatuurlijke, dingen zoals God.
Mensen
begonnen rond de tijden van de verlichting steeds vaker voor hunzelf
te denken. Ze realiseerden dat je de wereld kon analyseren met het
verstand. Het rationalisme zegt dat je het ratio gebruikt, de reden.
Je krijgt kennis door logisch te beredeneren en goed na te denken.
De grondlegger van het rationalisme is René Descartes, een Franse filosoof. Hij beschreef het rationalisme in zijn boek Discours de la méthode (1637). In het begin van dit boek zegt hij dat je het verstand goed moet gebruiken. Het vermogen om juist te kunnen oordelen en het ware van het valse te onderscheiden, is een gezond verstand hebben. Descartes staat hiernaast bekend om zijn beroemde gezegde: ‘Cogito, ergo sum’: Ik denk, dus ik besta.
Hiernaast wordt Plato, de beroemde filosoof, ook gezien als een rationalist. Zijn opvattingen vertellen ons dat alle kennis gerechtvaardigd kan worden met behulp van het verstand.
De grondlegger van het rationalisme is René Descartes, een Franse filosoof. Hij beschreef het rationalisme in zijn boek Discours de la méthode (1637). In het begin van dit boek zegt hij dat je het verstand goed moet gebruiken. Het vermogen om juist te kunnen oordelen en het ware van het valse te onderscheiden, is een gezond verstand hebben. Descartes staat hiernaast bekend om zijn beroemde gezegde: ‘Cogito, ergo sum’: Ik denk, dus ik besta.
Hiernaast wordt Plato, de beroemde filosoof, ook gezien als een rationalist. Zijn opvattingen vertellen ons dat alle kennis gerechtvaardigd kan worden met behulp van het verstand.
Het
rationalisme en het empirisme zijn twee begrippen, die erg op elkaar
lijken. Het verschil is: bij het rationalisme geloven de mensen dat
ze kennis krijgen met behulp van het verstand en bij empirisme ligt
de nadruk op de zintuigen.
Reacties
Een reactie posten